Artikel 59b

  • 1
    Als achterin een personenauto onvoldoende plaats is voor 3 kinderzitjes mag het 3e kind vervoerd worden met gebruikmaking van de autogordel, waarbij zonodig gebruik gemaakt wordt van een gordelgeleider. De werking van de autogordel mag niet nadelig beïnvloed worden.

    Originele wettekst

    In afwijking van artikel 59, eerste en achtste lid, mag anders dan op de voorste zitplaatsen in personenauto’s en bestelauto’s, wanneer het na installatie van twee kinderbeveiligingssystemen niet mogelijk is nog een derde kinderbeveiligingssysteem te installeren en deze beveiligingssystemen in gebruik zijn, een derde passagier die 3 jaren of ouder is en met een lengte van minder dan 1,35 meter, worden vervoerd wanneer deze een autogordel gebruikt. Artikel 59, zevende lid, is van toepassing.
  • 2
    In een personenauto mogen incidenteel kinderen van 3 jaar en ouder maar kleiner dan 1,35 m. op een gewone zitplaats vervoerd worden, mits de kinderen niet van de bestuurder of de eigenaar van de auto zijn.

    Originele wettekst

    In afwijking van artikel 59, eerste lid, tweede volzin, en achtste lid, mogen in incidentele gevallen en over korte afstand in personenauto's en bestelauto's op andere dan de voorste zitplaatsen passagiers die 3 jaar of ouder zijn en met een lengte van minder dan 1,35 meter worden vervoerd wanneer deze passagiers een autogordel gebruiken. Dit geldt niet met betrekking tot passagiers waarvan een ouder de auto bestuurt dan wel daarvan eigenaar of houder is.